Nieuwe jeugdverordening
In de laatste vergadering van de gemeenteraad is een nieuwe jeugdverordening vastgesteld. Over deze nieuwe verordening hebben we meerdere keren in de commissie sociale leefomgeving gesproken. Ook is er door een juridisch bureau een advies gegeven en heeft de WMO-adviesraad en het Ouderplatform een reactie gegeven. Deze adviezen hebben er toe geleid dat het eerste concept is aangepast en dat we als fractie uiteindelijk in konden stemmen met de jeugdverordening.
We hebben een aantal zaken naar voren gebracht bij de behandeling:
-
Uitgangspunt zal altijd moeten blijven dat jeugdigen en hun ouders de zorg en hulp krijgen die ze nodig hebben. Daarom zullen we de komende tijd nauwgezet volgen hoe er wordt omgegaan met het begrip draagkracht van gezinnen dat in de jeugdverordening is opgenomen.
-
In de verordening heeft narratief evalueren een plek gekregen. Dit is een methode waarmee we komende jaren zogenaamde warme informatie van de professionals en degenen die jeugdhulp krijgen gaan gebruiken om te kunnen beoordelen of de jeugdhulp er echt voor zorgt dat kinderen en gezinnen/huisgenoten de hulp krijgen die nodig is. Juist de gemeenteraad heeft ook deze warme data nodig als aanvulling op de harde data (cijfers over aantallen hulpvragen, wachttijden, geleverde zorg, kosten, etc.). Zo hopen we de komende jaren meer zicht te krijgen op het verhaal van kinderen, gezinnen en professionals. Want uiteindelijk is het onze gezamenlijk opgave om de hulp en ondersteuning te geven die nodig is en jeugdigen en gezinnen te versterken zodat zij (uiteindelijk) zoveel mogelijk op eigen kracht hun leven kunnen leiden.
-
We zijn blij met de toezegging dat we in Dordrecht gaan starten met een traject om tot 1 verordening voor het hele sociale domein te komen. We denken dat dit de mogelijkheid geeft om de verschillende onderdelen van het sociaal domein, zoals de jeugdzorg, de WMO, passend onderwijs en de participatiewet beter met elkaar te verbinden. We hebben het college gevraagd tijdig de nieuwe raad te betrekken en vooral ook de inwoners (jong en oud)die gebruik maken van deze voorzieningen en cliënten organisaties / de WMO-adviesraad te betrekken.